Zijn je examens gedaan en ben je eindelijk afgestudeerd? Of heb je beslist om je studies stop te zetten? Als je de sprong naar het werkleven maakt, dan zijn er heel wat zaken die je moet regelen. Wij zetten alles op een rij zodat je niets vergeet.
Inhoud:
1. Je inschrijven als werkzoekende
Het vinden van je eerste job is vaak spannend, maar niet altijd even gemakkelijk. Als je bent afgestudeerd of je studies hebt stopgezet, is het daarom belangrijk om je in te schrijven als werkzoekende. Na je inschrijving start dan je beroepsinschakelingstijd van een jaar. Gedurende die periode moet je dan een job zoeken. Heb je na een jaar nog geen werk gevonden? Dan kan je een bij de RVA een inschakelingsuitkering aanvragen. Hier hangen wel enkele voorwaarden aan vast, zoals dat je tijdens je inschakelingstijd actief naar werk hebt gezocht.
Hoe je inschrijven als werkzoekende?
Als je stopt met studeren, is het belangrijk dat je jou zo snel mogelijk inschrijft en start met jouw zoektocht naar een eerste job. Indien je toch geen werk zou vinden, heb je dan immers zo snel mogelijk recht op een uitkering. Als je in juni afstudeert en je jou op tijd inschrijft, dan start je beroepsinschakelingstijd op 1 augustus van dat jaar. Studeer je af in tweede zit of stop je tijdens het schooljaar met studeren? Dan start deze periode meteen op het moment vanaf je inschrijving. Je uitschrijving gebeurt automatisch als je werk hebt gevonden.
2. Je Groeipakket of kinderbijslag
In theorie hebben jouw ouders recht op het Groeipakket (in Vlaanderen) of kinderbijslag (in Brussel en Wallonië) tot je 18e verjaardag. Als je studeert, dan wordt deze leeftijd opgetrokken tot 25 jaar. Stop je met studeren of studeer je af? Dan verliezen jouw ouders het kindergeld. Als schoolverlater heb je onder bepaalde voorwaarden wel nog 12 maanden recht op het Groeipakket of kinderbijslag. Ook als je tijdens deze periode een studentenjob doet of een beperkt aantal uur werkt onder een gewoon contract, heb je nog dit tijdelijke recht op kindergeld.
3. Je inschrijven bij het ziekenfonds
In België is het verplicht om je aan te sluiten bij een ziekenfonds, in de volksmond ook wel mutualiteit genoemd. Na je inschrijving ben je dan verzekerd voor medische kosten. Zo krijg je een deel van jouw geld terug als je bijvoorbeeld naar de dokter, tandarts of het ziekenhuis moet. Daarnaast krijg je ook het recht op een uitkering als je ziek bent of een ongeval krijgt en daardoor niet meer kan werken.
Moet je jou meteen aansluiten als je afstudeert? Neen, niet echt. Zolang je jonger bent dan 25 jaar of in je beroepsinschakelingstijd zit, ben je nog verzekerd via je ouders. Als je werk gevonden hebt of je beroepsinschakelingstijd voorbij is, dan moet je wel zelf op zoek naar een ziekenfonds. Via de website van het RIZIV kan je kiezen tussen de verschillende ziekenfondsen.
Goed om te weten: een verzekering via het ziekenfonds is niet hetzelfde als een hospitalisatieverzekering. Hoewel niet verplicht, is deze verzekering wel aan te raden, omdat de kosten van je ziekenhuisopname soms hoog kunnen oplopen. Helaas is immers niet alles gedekt door je ziekenfonds. Kijk wel na of je ouders er geen hebben afgesloten voor het hele gezin.
4. Je verplichte zorgverzekering in Vlaanderen
Als je in Vlaanderen woont en ouder dan 25 jaar bent, moet je jou verplicht aansluiten bij de Vlaamse sociale bescherming. Elk jaar moet je dan een zorgpremie van 54 of 27 euro (onder voorwaarden) betalen. Met deze premies worden de tegemoetkomingen voor ernstig en langdurig zorgbehoevenden gefinancierd. Moest je zelf ook plots nood hebben aan veel zorg, dan heb je meteen ook recht op een maandelijks zorgbudget. Het is dus eigenlijk een soort solidaire verzekering. In Brussel en Wallonië is je aansluiting niet verplicht, maar soms moet je jou wel aansluiten als je in het noorden van ons land werkt.
